Scheppingslegende
In den beginne waren er de Oergoden en zij schiepen de wereld Auros. Maar hun schepping was leeg en onbeweeglijk. Al snel besloten Zij dat het Leven een missend element was. Daarom creëerden Zij de eerste rassen van elf en dwerg om hun wereld meer inhoud te geven. De Goden ontfermden zich over de eerste rassen en leerden hen taal, magie en velerlei andere zaken. De Goden van de Dag vertoonden de grootste genegenheid naar de elfen en dwergen en langzaam aan groeiden deze rassen meer en meer naar het licht.
Hoewel de Goden van de Dag nog lange tijd direct contact met de elfen hielden, werd het directe contact met de dwergen eerder losgelaten en waren de dwergen meer op zichzelf aangewezen. Dit betekende niet dat de dwergen de Goden niet meer dienden, maar dat er bij de dwergen geen sprake is van de opdeling van het ras naar de verschillende goden zoals dat bij de elfen het geval is.
Historische gebeurtenissen
De geschiedschrijving van de dwergen begint bij de dwergenleider Gromdal. Geïnspireerd door een droom van Magnos (zie de paragraaf ‘priesters’) leidde hij het dwergenvolk naar de bergen in het noordoosten van Auros. Daar delfden zij de mijnen die het begin zouden vormen van de eerste ondergrondse dwergenstad: Gromdal’s Piek. De mijnen van Gromdal’s Piek bleken zo rijkelijk gevuld met diamanten dat Gromdal de erenaam ‘Diamanthart’ begon te voeren. Zijn nazaten dragen die naam tot op de dag van vandaag. De berg boven Gromdal’s Piek heeft om dezelfde reden de naam ‘Diamantberg’ gekregen.
In zijn nieuwe stad begon Gromdal ook met het vastleggen van historische gebeurtenissen door het kerven van runen in uitgeputte mijngangen. Deze zogeheten Groevenmuren zijn de oudst bekende vorm van geschiedschrijving in de wereld. Door de Groevenmuren zijn de dwergen gewend geraakt om jaren af te meten aan belangrijke gebeurtenissen. Een dwerg zal bijvoorbeeld nooit zeggen dat hij ‘geboren is in het jaar 617’, maar ‘in het jaar van de kroning van Belgor’ of ‘twee jaar na de vierde rassenoorlog’.
Omdat dwergen over een groot historisch besef beschikken, is dat voor hen vanzelfsprekend. Zij weten wel hoeveel tijd er tussen de gebeurtenissen zit, dus dat zeggen ze er niet steeds bij. Voor andere volken kan het echter erg verwarrend zijn. In het overzicht van belangrijke dwergse gebeurtenissen hieronder staat daarom ook het jaartal in Auros Standaard Tijd vermeld (die overigens wel is gebaseerd op de geschiedschrijving van de dwergen). Dwergen zelf hanteren deze jaartelling dus niet.
AST | gebeurtenis |
0 | Dag van de Vrede |
37 | Stichting Trokhar en Gromdal’s Piek |
432 | Kroning Grimka Diamanthart |
590 | Slag bij Nordlioht |
640 | Verdrag van Ardhave |
845 | Kroning Bondwar Diamanthart |
1248 | Eerste Era van Morrigan; kroning Grimnir Diamanthart |
1498 | Slag bij Gronmenos |
1500 | Diamanten Eeuwen |
1522 | Stichting Kopermine |
1534 | Stichting Runeberg |
1545 | Stichting Sneeborg |
1614 | Grimnir opperkoning |
1731 | Kroning Keldor Diamanthart |
2146 | Slag bij Romdarval |
2248 | Tweede Era van Morrigan |
2949 | Eerste dwerg in Malhama |
3949 | Verdrag van Leeuwenberg |
4952 | Verdrag van Alricheim |
6709 | Derde Era van Morrigan |
Dag van de Vrede
Het eerste geregistreerde moment op de Groevenmuren is het einde van de Eerste Rassenoorlog, die als de ‘Dag van Vrede’ gemarkeerd staat. Pas recent hebben menselijke wetenschappers uitgerekend dat dit meer dan 6500 jaar geleden geweest moet zijn.
Stichting Trokhar
Nadat Gromdal zijn volk de bergen in heeft geleid en in de gewelven van de Diamantberg de eerste gangen van Gromdal’s Piek heeft laten delven, sticht hij het koninkrijk Trokhar met hemzelf als koning. Vanuit Gromdal’s Piek breidt Gromdal zijn invloed over de omliggende regio gestaag uit.
Kroning Grimka Diamanthart
Grimka, Gromdal’s oudste zoon, volgt zijn vader op nadat de koning van ouderdom is overleden.
Slag bij Nordlioht
De voorspoed van de dwergen leidt tot aanhoudende aanvallen door minder beschaafde stammen van mensen en beestlingen. Onder leiding van Grimka weten de dwergen bij Nordlioht een vernietigende slag toe te brengen aan een barbarenleger van mensen en ursine. Als gevolg hiervan blijven de barbaren enkele decennia weg uit Trokhar.
Verdrag van Ardhave
In de havenplaats Ardhave sluiten vertegenwoordigers van Gromdal een samenwerkings- en handelsovereenkomst met het rijk van de elfen, Aranië Mírëwen. Door de handel met de elfen komt Ardhave in de jaren daarna tot grote bloei.
Kroning Bondwar Diamanthart
Grimka Diamanthart sterft op de leeftijd van 593 jaar. Hij wordt opgevolgd door zijn zoon Bondwar, die besluit een andere militaire koers te varen dan zijn vader. In plaats van te streven naar verdere (bovengrondse) expansie, trekt Bondwar de dwergentroepen terug in de bestaande, veelal ondergrondse nederzettingen in de bergen. Als gevolg daarvan neemt de overlast van de barbarenstammen af en volgt een periode van vrede en voorspoed.
Eerste Era van Morrigan
Uit het niets breekt de hemel open. Vijf jaar lang wordt de wereld geteisterd door verwoestende stormen die vele slachtoffers eisen onder dwergennederzettingen aan de oppervlakte. Ook koning Bondwar Diamanthart sneuvelt kinderloos. Hij wordt opgevolgd door zijn neef Grimnir.
Slag bij Gronmenos
De dwergenkoning Grimnir Diamanthart leidt een gecombineerd leger van dwergen, elfen, beestlingen en zelfs groenhuiden naar de mensenstad Gronmenos, die met behulp van zwarte magie en ondoden hun buurlanden probeert te onderwerpen. Ondanks zware tegenstand behaalt Grimnir een glorieuze overwinning. Beladen met oorlogsbuit keert de koning huiswaarts.
Diamanten Eeuwen
In de eeuwen na de slag bij Gronmenos bloeit het koninkrijk Trokhar enorm op. De dwergen zijn van alle geallieerde volkeren het minst geschonden uit de strijd gekomen en voelen zich de overwinnaars. Grimnir gebruikt zijn oorlogsbuit om onder de vlag van Trokhar expedities te financiëren om nieuwe nederzettingen te stichten en mijnen te graven in de andere grote bergketens van Auros.
Stichting Kopermine
Harkwende Stomparm laat de eerste mijnen graven in het zuidoosten van Auros, in de huidige koperheuvels, en neemt zijn intrek daar.
Stichting Runeberg
Gwenrak Bronsbaard, een veteraan uit de slag bij Gronmenos, graaft de eerste mijnen in de huidige Runebergen en claimt zo de bergketen voor Trokhar. Hij noemt zijn hoofdstad Runeberg.
Stichting Sneeborg
Marv Granietsjouwer graaft de eerste mijnen in de bergen in het huidige Hillevi en sticht daarmee Sneeborg.
Grimnir opperkoning
Grimnir verleent de titel ‘koning’ aan verschillende van zijn vazallen, waaronder Gwenrak Bronsbaard, en verheft zichzelf tot opperkoning van Trokhar.
Kroning Keldor Diamanthart
Grimnir sterft op de respectabele leeftijd van 652 jaar. Hij wordt opgevolgd door zijn zoon Keldor.
Slag bij Romdarval
Na een hevige strijd in en om Hardor’s Pas, een bergpas die richting Gromdal’s Piek voert, wordt het leger van de ursinekoning Tjerbor Svenson verslagen door koning Keldor Diamanthart. De plundertocht van Svenson door de landen van de dwergen en de elfen komt daarmee tot een einde.
Tweede Era van Morrigan
Duizend jaar na de eerste Era van Morrigan wordt de wereld opnieuw geteisterd door grote stormen en rampspoed. Opnieuw hebben de bovengrondse nederzettingen van de dwergen het meeste te lijden. Ardhave wordt zelfs volledig verwoest door een tsunami die het grootste deel van de kustplaats in zee doet zinken. Geschrokken door dit voorteken besluiten de dwergen Ardhave niet meer te herbouwen en zich terug te trekken uit de meeste van hun bovengrondse nederzettingen (voor zover die al niet verwoest waren door Svenson een eeuw eerder).
Koning Normir naar Malhama
Als dank voor de steun van de dwergen bij de herbouw na de Tweede Era van Morrigan nodigt Airë Tari Annasúrë de opperkoning van de dwergen, Normir Diamanthart, uit in Mahalma. Normir accepteert haar aanbod en betreedt dat jaar als eerste dwerg het koninklijk paleis van de elfen.
Verdrag van Leeuwenberg
Opperkoning Harbagor Diamanthart tekent in de felinestad Leeuwenberg een vredes- en alliantieverdrag met de elfen, feline en ursine om gezamenlijk een nieuwe oorlog te voorkomen.
Verdrag van Alricheim
In navolging van de elfen sluit koning Rhutgor Diamanthart een handelsverdrag met het mensenrijk van Silesia.
Derde Era van Morrigan
De dood van de necromantiër Mebuch Mazar leidt een derde periode van rampen en ellende in. Ditmaal hebben de dwergen geleerd van hun eerdere fouten. Ze trekken zich terug in hun mijnen en weten de rampspoed grotendeels ongeschonden door te komen.
Wat de muren niet vertellen
Kenmerkend aan de Groevenmuren is dat alleen memorabele gebeurtenissen worden vastgelegd, en dan met name de goede. Genante momenten zoals verloren veldslagen, incapabele heersers en politieke missers worden doorgaans niet beschreven in de hoop dat ze vergeten worden. Daardoor tellen de groevenmuren ook vele eeuwen zonder noemenswaardige gebeurtenissen (en zijn er zelfs sporen te zien waaruit blijkt dat eerdere groeven gewist zijn).
Niet alle herinneringen blijken echter even makkelijk uit het collectieve geheugen te wissen. Soms duiken er oude geruchten en geschriften op die wel een licht doen schijnen op de zwarte bladzijdes uit de dwergengeschiedenis. In het openbaar wordt daar niet over gesproken onder dwergen, en buitenstaanders die naar zulke momenten vragen of verwijzen in het bijzijn van dwergen kunnen doorgaans op een boze frons rekenen – of een stuk meubilair in hun gezicht. Maar het is een publiek geheim dat veel dwergen zulke verhalen in besloten kring in leven houden, onder meer als afschrikwekkend voorbeeld voor hun kinderen: zo moet het dus niet.
Enkele van de meer bekende verhalen gaan bijvoorbeeld over de verdwenen expeditie naar de bergen in het noordwesten van Auros (een van de weinige smetten op het blazoen van opperkoning Grimnir) , over de weinig succesvolle militaire acties van de dwergen tijdens de Derde en Vierde Necromantische Oorlog of over het schisma tussen Trokhar en de Khandoriaanse dwergen.
Dat laatste is een vrij recente gebeurtenis. Kahndor Zilvertong, een reizend avonturier (zeer ongebruikelijk) is uit het koninkrijk verdreven wegens het delen van dwergengeheimen met buitenstaanders. In respons daarop heeft hij zijn eigen koninkrijk gesticht op een eilandje voor de kust: Kahndoria. Daar verzamelt hij progressieve dwergen om zich heen. Het meest pijnlijke is nog dat de Kahndoriaanse dwergen meer hebben bijgedragen aan de Vierde Necromantische Oorlog dan alle dwergen van Trokhar, die in die tijd druk waren met hun persoonlijke vete met de groenhuiden.